Begrotingsakkoord: wat is de impact op jou als werkgever?

Op 12 oktober 2021 bereikte de regering een akkoord over de federale begroting. In dit akkoord staan ook heel wat nieuwe, sociaaleconomische maatregelen die een impact hebben op jou als werkgever. We wachten nog op de verdere uitwerking en de concrete timing, maar we vatten de belangrijkste nieuwigheden al voor je samen.

5 minuten leestijd Personeelsbeleid 28 oktober 2021

Arbeidsmarktmaatregelen

Een aanzienlijk deel van deze maatregelen is specifiek gericht op het invullen van knelpuntberoepen. Hoewel er nog heel wat zaken erg vaag zijn, doen er een aantal punten toch de oren spitsen. Zo zal de overheid:

  • een interfederaal platform oprichten om de intergewestelijke mobiliteit van werknemers te bevorderen ;
  • de sectorale sociale partners aanmoedigen om de sectorale opleidingsfondsen te gebruiken om opleidingen tot knelpuntberoepen te stimuleren;
  • de oprichting van intersectorale fondsen stimuleren, die de omscholing en mobiliteit op de arbeidsmarkt bevorderen;
  • ondernemingen vragen om een jaarlijks opleidingsplan voor hun werknemers op te stellen en bij te houden, met bijzondere aandacht voor knelpuntberoepen en oudere werknemers;
  • paritaire comités vragen om tweejaarlijks een lijst van de knelpuntberoepen in hun sector op te stellen. Ze zullen tegelijk moeten nadenken over de oorzaken van deze tekorten en over mogelijke oplossingen;
  • de sociale partners de opdracht geven om een voorstel te doen om de modaliteiten rond het sollicitatieverlof te verbeteren;
  • personen die meer dan een jaar werkzoekend zijn, stimuleren om een knelpuntfunctie in te vullen. In een eerste periode van drie maanden zouden zij immers 25% van hun werkloosheidsuitkering kunnen blijven combineren met hun loon. Zij kunnen hiervan slechts een keer in hun carrière gebruik maken.

Daarnaast springen ook nog volgende zaken in het oog:

  • Er komt een actieplan om de tewerkstellingsgraad en de loopbaanvoorwaarden van oudere werknemers te bevorderen.
  • De nationale sociale partners krijgen de opdracht om een voorstel te doen om het telewerk beter te organiseren. Het is de bedoeling dat een werknemer die een geheel of gedeeltelijk telewerkbare functie heeft zijn werkgever zou kunnen vragen om structureel te telewerken. De werkgever zou die aanvraag nog kunnen weigeren, maar moet dat dan motiveren;
  • De Nationale Arbeidsraad zal zich moeten uitspreken over flexibiliteit om voor een betere werkprivébalans te zorgen bij werknemers. Enkele mogelijkheden zijn: een voltijdse betrekking in vier dagen in plaats van in vijf dagen presteren, meer soepelheid om de ene week meer en in de andere week minder uren te presteren, het recht om gedurende bepaalde momenten van de dag of dagen van de week gedeconnecteerd te zijn …
  • Tegen 2024 zal iedere werknemer beschikken over een individueel opleidingsrecht van jaarlijks vijf dagen (pro rata voor deeltijdsen). Die vijf dagen zijn een gemiddelde over verschillende jaren (maximaal vijf jaren). Voor kleinere bedrijven blijven er uitzonderingen of afwijkingen gelden;
  • In de toekomst zal een werkgever bij een ontslag de mogelijkheid krijgen om een transitietraject aan de werknemer voor te stellen. De vraag kan ook van de kant van de werknemer komen. Via zo’n transitietraject kan de werkgever de werknemer ter beschikking stellen van een andere werkgever (via een uitzendkantoor of een regionale arbeidsbemiddelingsdienst).

Re-integratie van langdurig zieken

Daarnaast gaat er ook heel wat aandacht naar de groeiende groep (langdurig) arbeidsongeschikten. Allereerst zet de overheid in op de responsabilisering van alle betrokken actoren:

  • Werkgevers moeten gedurende een kwartaal een speciale werkgeversbijdrage van 2,5% op de brutolonen van de onderneming betalen, als blijkt dat ze een “bovenmaatse instroom in de langdurige arbeidsongeschiktheid” vertonen. Bedrijven met minder dan 50 werknemers ontspringen de dans. Bedrijven krijgen tussentijds knipperlichtsignalen (mogelijk via een tool);
  • Werknemers die, ondanks herhaalde contactpogingen door zowel de Terug-naar-Werk-coördinator als de adviserend arts en een schriftelijke verwittiging, niet reageren, zullen gestraft worden met een inhouding van 2,5% op hun uitkering, en dit zolang ze niet reageren;  
  • Ziekenfondsen worden gescoord op een aantal parameters die een impact hebben op het variabel gedeelte van de administratiekosten die de overheid hen terugbetaalt.

Daarnaast denkt de overheid na over het invoeren van een specifieke vergoedingsregeling ‘degressieve tewerkstelling’ in het kader van de ziekteverzekering. Die zou moeten toelaten dat werknemers met een chronische aandoening deeltijds aan de slag blijven.

De overheid wil ook een rekentool ontwikkelen waardoor langdurig arbeidsongeschikten en gehandicapten kunnen nagaan wat de impact is op hun netto gezinsinkomen als ze opnieuw aan de slag gaan.

Bovendien komt er voor gedeeltelijke werkhervatting met akkoord van de adviserend arts van het ziekenfonds een uitzondering op de regel die stelt dat een werknemer minimum drie uur per prestatie en minimum 1/3de van een voltijdse betrekking moet werken.

Daarnaast komt het plan ‘Re-integratietraject (RIT) 2.0’ er. Belangrijk om te noteren is dat er bij dit plan gekozen wordt voor een positieve aanpak, waarbij het re-integratietraject losgekoppeld wordt van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht. Tegelijk komt er een afzonderlijke procedure ‘medische overmacht’, die echter pas kan starten na een arbeidsongeschiktheid van negen maanden.

En, last but not least, wordt de mogelijkheid voor werkgevers om een ziekte-attest te eisen bij een afwezigheid van maximum een werkdag geschrapt. Een werknemer zou per jaar maar maximum drie keer gebruik kunnen maken van deze maatregel. Vanaf de vierde keer kan de werkgever dus wel weer een ziekte-attest vragen. Kmo’s zouden toch nog altijd een ziekte-attest kunnen blijven eisen.

Overige maatregelen

Voor de rest gaat het om een allegaartje van maatregelen. Zo zal de overheid:

  • onderzoeken of een automatische toekenning van lastenverlaging voor tewerkstelling van bepaalde werknemers mogelijk is;
  • het systeem van economische werkloosheid aanpassen in overleg met de sociale partners;
  • het systeem van bedrijfsvoorheffing aanpassen, door deze over een periode van 3 jaar af te stemmen op de eindbelasting;
  • het parafiscaal gunstregime van de betaalde sportbeoefenaars aanpakken
  • de doelgroepvermindering eerste aanwerving vanaf 2022 wijzigen. Zo zou de korting geplafonneerd worden op 4.000 euro per kwartaal. De vermindering zou nog steeds voor onbepaalde tijd gelden;
  • het fiscaal gunstregime van expats herdenken en wettelijk verankeren;
  • vanaf 1 april 2022 een taxshift doorvoeren door de BBSZ (bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid) en het supplement sociale bijdragen zelfstandigen te verlagen.

Wordt vervolgd…

De nieuwe maatregelen die voortkomen uit het begrotingsakkoord worden nog verder uitgewerkt. Liantis volgt dit natuurlijk voor je op. We brengen je op de hoogte zodra we over meer informatie beschikken.

Wil je meer weten over de impact van het akkoord op zelfstandige ondernemers? Lees dan het artikel ‘Begrotingsakkoord: wat is de impact op jou als zelfstandige?’

Relevante artikels

Lees zeker ook ...