Nieuw sectoraal akkoord voor de bedienden van de metaalsector: industriële en ambachtelijke ondernemingen

Er is een nieuw sectoraal akkoord voor de metaalsector, industriële en ambachtelijke ondernemingen (PC 209) voor de periode 2021-2022. We zetten alle nieuwigheden voor jou op een rij.

5 minuten leestijd Verloning personeel 27 november 2021

Coronapremie: 300 euro consumptiecheques als basispremie, eventueel te verhogen tot 400 euro of 500 euro

Als werkgever moet je jouw medewerkers volgens het nieuwe sectorale akkoord een coronapremie toekennen in de vorm van consumptiecheques met een waarde van 300, 400 of 500 euro.

Concreet ken je:

  • 300 euro toe aan elke werknemer die voltijds in dienst is op 30 november 2021 én minimaal 60 effectieve arbeidsdagen (pro rata voor nieuwe indiensttredingen in de loop van 2021) in 2021 aan de slag was;
  • 400 euro toe aan elke werknemer die voltijds in dienst is op 30 november 2021 én minimum 60 effectieve arbeidsdagen (pro rata voor nieuwe indiensttredingen in de loop van 2021) in 2021 aan de slag was indien de laatste omzet (brutomarge code 9900 van de resultatenrekening 2020) van je onderneming maximaal 10% lager is dan de gemiddelde omzet van de twee daaraan voorafgaande boekjaren;
  • 500 euro toe aan elke werknemer die voltijds in dienst is op 30 november 2021 én minimaal 60 effectieve arbeidsdagen (pro rata voor nieuwe indiensttredingen in de loop van 2021) in 2021 aan de slag was indien de laatste omzet (brutomarge code 9900 van de resultatenrekening 2020) van je onderneming gelijk of groter is dan de gemiddelde omzet van de twee daaraan voorafgaande boekjaren.

De coronapremie die je sinds 1 augustus 2021 zelf al hebt toegekend, moet je in mindering brengen op de premie die de sector heeft voorzien.

 

Drie uitzonderingen op de coronapremie

  1. Als je onderneming in de boekjaren 2019 en 2020 een bedrijfsverlies leed én een daling van de brutomarge kende van minimaal 10% in het boekjaar 2020 ten opzichte van de gemiddelde brutomarge over de boekjaren 2018 en 2019.

    Deze boekjaren zijn de boekjaren die samenvallen met de kalenderjaren 2018, 2019 en 2020 of de boekjaren die hoofdzakelijk op deze kalenderjaren betrekking hebben. De bedrijfswinst of het bedrijfsverlies kan je verifiëren aan de hand van je inkomsten (voor aftrek van rente en belastingen of EBIT) onder de code 9901 van je resultatenrekening. De brutomarge vind je terug onder de code 9900 in het verkorte schema van de resultatenrekening. In het volledige schema kan je de brutomarge bepalen aan de hand van het totaal van de codes (70 tot en met 76A) - code 60 – code 61. Je accountant kan je hierin bijstaan.
  2. Als je onderneming in het laatste boekjaar een bedrijfsverlies leed, in herstructurering is of bijzondere moeilijkheden heeft gekend én als je een afwijking hebt bekomen via het paritair comité. Je vertrouwde klantenadviseur kan je verder informeren over de aanvraagprocedure.
  3. Als je onderneming een coronapremie moet toekennen, maar je met de syndicale delegatie een alternatief voorziet via een ondernemings-cao.

 

Andere belangrijke maatregelen

Natuurlijk staan er in het akkoord nog heel wat andere, belangrijke maatregelen:     

  • De baremieke en effectieve bruto maandlonen van de bedienden stijgen met 0,4% vanaf 1 januari 2022. Vanaf 1 januari 2022 passen we de lonen automatisch voor jou aan (van zodra we de effectieve bedragen van de nieuwe loonbarema’s kennen). Als je uiterlijk op 15 januari 2022 een ondernemings-cao afsluit of de goedkeuring bekomt van het paritair comité, kan je de forfaitaire loonsverhoging van de effectieve lonen omzetten in een gelijkwaardig alternatief. Kies je ervoor om de loonsverhoging om te zetten in een gelijkwaardig alternatief? Breng dan je vertrouwde klantenadviseur uiterlijk 17 januari 2022 hiervan op de hoogte. Bezorg ons ook de tekst van de ondernemings-cao of de goedkeuring van het paritair comité.
  • Voor het kalenderjaar 2021 wordt de koopkrachtverhoging van 0,4% ingevuld via een eenmalige brutopremie van 200 euro voor een werknemer die voltijds in dienst is op 30 november 2021 én minimaal 60 effectieve arbeidsdagen aan de slag was in 2021. Deze premie wordt samen met de lonen van december 2021 betaald. Als je uiterlijk op 15 januari 2022 een ondernemings-cao afsluit of de goedkeuring bekomt van het paritair comité, kan je de forfaitaire loonsverhoging van de effectieve lonen omzetten in een gelijkwaardig alternatief.
  • Het nationaal minimummaandloon wordt als volgt verhoogd:
    • op 1 januari 2022: + 80,00 euro
    • op 1 januari 2023: + 80,00 euro
    • op 1 januari 2024: + 80,00 euro

        De sectorale minimumlonen die hoger zijn dan het sectoraal gewaarborgd minimummaandloon verhogen met 0,4% vanaf 1 januari 2022.   

  • De sectorale partners zullen de werkgeverstussenkomst in het privévervoer én de fietsvergoeding verhogen vanaf 1 januari 2022.
  • Voor het openbaar vervoer bevelen de sociale partners de ondernemingen aan om gebruik te maken van de derdebetalersregeling.
  • De dagen profylactisch verlof, pleegouderverlof en adoptieverlof worden gelijkgesteld voor de berekening van de ecocheques.
  • Er wordt een identieke aanvullende vergoeding zoals voor de arbeiders ingevoerd bij tijdelijke werkloosheid wegens overmacht.
  • Vanaf 2022 hebben werknemers vanaf ze 58 jaar zijn recht op een tweede dag loopbaanverlof.
  • Werknemers met een loopbaan van 35 jaar, een zwaar beroep of die 20 jaar nachtarbeid verrichtten (of die medisch arbeidsongeschikt zijn in PC 124), kunnen in een landingsbaan met uitkering stappen als ze jonger zijn dan 60. Zowel voor werknemers die hun loopbaan verminderen met een vijfde, als voor werknemers die deze verminderen tot een halftijdse betrekking, is dat mogelijk vanaf 55 jaar.   
  • Vanaf 58 jaar komt het Fonds voor Bestaanszekerheid tussen bij landingsbanen:
    • loopbaanvermindering tot halftijds: 75 euro
    • loopbaanvermindering tot 4/5de: 30 euro
  • Het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag of SWT (het vroegere brugpensioen) blijft mogelijk vanaf 62 jaar met een loopbaan van 40 jaar voor mannen en van 37 jaar in 2021 voor vrouwen.    

       

    Het SWT is mogelijk voor werknemers vanaf 60 jaar met:
    • een lange loopbaan van 40 jaar; 
    • een zwaar beroep én een loopbaan van 35 jaar;
    • een zwaar beroep of nachtarbeid (of medische arbeidsongeschiktheid in PC 124) én een loopbaan van 33 jaar. Het SWT voor werknemers met ernstige lichamelijke problemen of met het statuut van werknemer met een beperking is mogelijk vanaf 58 jaar.   
  • Vanaf 2022 wordt het overdraagbaar individueel opleidingsrecht naar 24 uren verhoogd.