Nieuw sectoraal akkoord voor de metaalsector: industriële en ambachtelijke ondernemingen

Er is een nieuw sectoraal akkoord voor de metaalsector, industriële en ambachtelijke ondernemingen (PC 111.01-02) voor de periode 2021-2022. In deze cao is onder meer bepaald dat je jouw medewerkers een consumptiecheque moet bieden. We zetten alle nieuwigheden uit het akkoord voor jou op een rij.

5 minuten leestijd Verloning personeel 15 november 2021

Coronapremie: 300 euro consumptiecheques als basispremie, eventueel te verhogen tot 400 euro of 500 euro

Als werkgever moet je jouw medewerkers volgens het nieuwe sectorale akkoord een coronapremie toekennen in de vorm van consumptiecheques met een waarde van 300, 400 of 500 euro.

Concreet ken je:

  • 300 euro toe aan elke werknemer die voltijds in dienst is op 30 november 2021 én minimaal 60 effectieve arbeidsdagen (pro rata voor nieuwe indiensttredingen) in 2021 aan de slag was.
  • 400 euro toe aan elke werknemer die voltijds in dienst is op 30 november 2021 én minimaal 60 effectieve arbeidsdagen (pro rata voor nieuwe indiensttredingen) in 2021 aan de slag was indien de laatste omzet (brutomarge code 9900 van de resultatenrekening 2020) van je onderneming maximaal 10% lager is dan de gemiddelde omzet van de twee daaraan voorafgaande boekjaren.
  • 500 euro toe aan elke werknemer die voltijds in dienst is op 30 november 2021 én minimum 60 effectieve arbeidsdagen (pro rata voor nieuwe indiensttredingen) in 2021 aan de slag was indien de laatste omzet (brutomarge code 9900 van de resultatenrekening 2020) van je onderneming gelijk of groter is dan de gemiddelde omzet van de twee daaraan voorafgaande boekjaren

De coronapremie die je na 8 juni 2021 zelf al hebt toegekend, moet je in mindering brengen op de premie die de sector heeft voorzien.

Er bestaan drie uitzonderingen:

De coronapremie moet je niet toekennen als:

  1. jouw onderneming in de boekjaren 2019 en 2020 een bedrijfsverlies leed én een daling van de brutomarge kende van minimaal 10% in het boekjaar 2020 ten opzichte van de gemiddelde brutomarge over de boekjaren 2018 en 2019. Deze boekjaren zijn de boekjaren die samenvallen met de kalenderjaren 2018, 2019 en 2020 of die hoofdzakelijk op deze kalenderjaren betrekking hebben. De bedrijfswinst of het bedrijfsverlies kan je verifiëren aan de hand van je inkomsten (voor aftrek van rente en belastingen of EBIT) onder de code 9901 van je resultatenrekening. De brutomarge vind je terug onder de code 9900 in het verkorte schema van de resultatenrekening. In het volledige schema kan je de brutomarge bepalen aan de hand van het totaal van de codes (70 tot en met 76A) - code 60 – code 61. Je accountant kan je hierin bijstaan.
  2. jouw onderneming in het laatste boekjaar een bedrijfsverlies leed, in herstructurering is of bijzondere moeilijkheden heeft gekend én als je een afwijking hebt bekomen via het paritair comité. Je vertrouwde klantenadviseur kan je verder informeren over de aanvraagprocedure.
  3. jouw onderneming een coronapremie moet toekennen, maar je met de syndicale delegatie een alternatief voorziet via een ondernemings-cao.

Andere belangrijke maatregelen

Natuurlijk zitten er in het akkoord nog heel wat andere, belangrijke maatregelen:   

  • De baremieke en effectieve bruto uurlonen van de arbeiders stijgen met 0,4% vanaf 1 januari 2022. Vanaf 1 januari 2022 passen we de lonen automatisch voor jou aan, zodra we de effectieve bedragen van de nieuwe loonbarema’s kennen. Als je uiterlijk op 15 januari 2022 een ondernemings-cao afsluit of de goedkeuring bekomt van het paritair comité, kan je de forfaitaire loonsverhoging van de effectieve lonen omzetten in een gelijkwaardig alternatief.

Kies je ervoor om de loonsverhoging om te zetten in een gelijkwaardig alternatief? Breng dan je vertrouwde klantenadviseur uiterlijk 17 januari 2022 hiervan op de hoogte. Bezorg ons ook de tekst van de ondernemings-cao of de goedkeuring van het paritair comité.

  • Voor het kalenderjaar 2021 wordt de koopkrachtverhoging van 0,4% ingevuld via een eenmalige brutopremie van 200 euro voor een werknemer die voltijds in dienst is op 30 november 2021 én minimaal 60 effectieve arbeidsdagen aan de slag was in 2021. Deze premie wordt samen met de lonen van december 2021 betaald.
    • gelijkwaardig alternatief voorzien via een ondernemings-cao.
  • Het nationaal minimumuurloon wordt als volgt verhoogd:
    • op 1 januari 2022: 13,00 euro
    • op 1 september 2022: + 0,2606 euro
    • op 1 januari 2024: + 0,2606 euro
    • op 1 januari 2026: + 0,2606 euro

De provinciale minimumuurlonen worden op het hetzelfde niveau als het nieuwe nationale uurloon gebracht.

  • Vanaf 1 januari 2022 stijgt de minimale werkgeverstussenkomst in het privévervoer naar  0,075 euro/km. Het maximumbedrag per dag stijgt naar 8,18 euro.
  • Vanaf 1 januari 2022 stijgt de werkgeverstussenkomst in de fietsvergoeding naar 0,18 euro/km. Het maximumbedrag per dag stijgt naar 7,20 euro/km.
  • Voor het openbaar vervoer bevelen de sociale partners de ondernemingen aan om gebruik te maken van de derdebetalersregeling.
  • Vanaf 1 januari 2022 stijgt de mobiliteitsvergoeding naar 0,1579 euro/km.
  • De dagen profylactisch verlof, pleegouderverlof en adoptieverlof worden gelijkgesteld voor de berekening van de ecocheques.
  • Werknemers met een loopbaan van 35 jaar, een zwaar beroep of die 20 jaar nachtarbeid verrichten (of die medisch arbeidsongeschikt zijn in PC 124), kunnen in een landingsbaan met uitkering stappen als ze jonger zijn dan 60. Zowel voor wie zijn loopbaan vermindert met een vijfde, als wie vermindert tot een halftijdse betrekking, is dat mogelijk vanaf 55 jaar.   
  • Vanaf 58 jaar geldt een nieuwe tussenkomst bij landingsbanen:
    • loopbaanvermindering tot halftijds: 75 euro
    • loopbaanvermindering tot 4/5e: 30 euro
  • Het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag of SWT (het vroegere brugpensioen) blijft mogelijk vanaf 62 jaar met een loopbaan van 40 jaar voor mannen en van 37 jaar in 2021 voor vrouwen.    

       

    Het SWT is mogelijk voor werknemers vanaf 60 jaar met:    
    • een lange loopbaan van 40 jaar; 
    • een zwaar beroep én een loopbaan van 35 jaar;   
    • een zwaar beroep of nachtarbeid (of medische arbeidsongeschiktheid in PC 124) én een loopbaan van 33 jaar.  

Het SWT voor werknemers met ernstige lichamelijke problemen of met het statuut van werknemer met een handicap is mogelijk vanaf 58 jaar.   

  • Vanaf 2022 verhoogt het overdraagbaar individueel opleidingsrecht naar 24 uren.