Tools & resources
Start vandaag nog als zelfstandige via het online ondernemingsloket van Liantis
Sluit je vandaag nog aan bij het Sociaal Verzekeringsfonds
Sluit je vandaag nog aan bij het sociaal Verzekeringsfonds
Ready, set, go!
Zoek snel de NACE-cijfercode op van de activiteiten die je als ondernemer uitoefent.
Meest gezocht
Sinds 1 januari 2017 kunnen studenten die een zelfstandige activiteit uitoefenen, het statuut van student-zelfstandige aanvragen. De regering wil zo het ondernemerschap bij jonge studenten bevorderen. Maar ook onder het nieuw statuut gelden regels zodat de jongeren hun recht op kinderbijslag niet verliezen.
Zelfstandigen tussen 18 en 25 jaar oud kunnen het statuut van student-zelfstandige aanvragen. Ze moeten wel ingeschreven zijn in een onderwijsinstelling waar ze op regelmatige basis les volgen met de bedoeling om een diploma te behalen dat erkend wordt in België. Het nieuw statuut komt in de plaats van de bestaande bijdrageregeling, gekend onder artikel 37 voor studenten.
Afhankelijk van het netto belastbaar inkomen, moet de student-zelfstandige al dan niet sociale bijdragen betalen. Er bestaan drie categorieën:
Een student-zelfstandige moet zich aan bepaalde regels houden als hij of zij het recht op kinderbijslag niet wil verliezen. Die regels zijn afhankelijk van de norm waaronder de student valt.
Een voltijdse student die als zelfstandige werkt, of iemand die als zelfstandige werkt naast zijn stage in het kader van de ondernemersopleiding, mag maximum 240 uur presteren per kwartaal. Om te bepalen of een student-zelfstandige, die onder bovenstaande categorie valt, recht heeft op kinderbijslag, maakt uw kinderbijslagfonds volgend onderscheid:
Als het inkomen van de student-zelfstandige in 2017 lager ligt dan € 6.648,12, vermoedt het kinderbijslagfonds dat de 240 uren niet overschreden werden. Wanneer de kruispuntbank uw fonds daarover inlicht, wordt de kinderbijslag zonder onderbreking uitbetaald.
Als de student-zelfstandige deeltijds onderwijs volgt of een werkzoekende schoolverlater is, geldt de inkomensnorm. Dat wil zeggen dat zijn of haar brutoloon, sociale uitkering, of een combinatie van beide niet hoger mag liggen dan € 530,49 per maand. Dat geldt ook als de student een stage volgt in het kader van een ondernemersopleiding of een overeenkomst heeft binnen een alternerende opleiding. In al deze gevallen vraagt uw kinderbijslagfonds sowieso een verklaring op eer over het inkomen.
Deze 240-uren en inkomensnorm is enkel nog maar van toepassing voor student-zelfstandigen in Brussel en Wallonie. In Vlaanderen gelden er andere voorwaarden.