Nieuwe inzetbaarheidsbevorderende maatregelen vanaf 1 april 2025

We vertelden eerder al over de inzetbaarheidsbevorderende maatregelen en de uitvoering ervan. De maatregelen vinden hun basis in de arbeidsdeal en werden in twee koninklijke besluiten geconcretiseerd. De regeling treedt in werking op 1 april 2025 en is van toepassing op ontslagen die vanaf die datum plaatsvinden. 

We lichten de belangrijkste regels graag nog eens toe. 

3 minuten leestijd Nieuw in 2025 13 maart 2025

Wie heeft recht op deze maatregelen? 

Werknemers die ontslagen worden met een opzegtermijn of -vergoeding van minstens 30 weken, hebben recht om inzetbaarheidsbevorderende maatregelen te volgen. Dat betekent dat ze met behoud van loon afwezig mogen zijn van het werk, vanaf het begin van de opzegtermijn, om de maatregelen te volgen. Bij ontslag met een verbrekingsvergoeding moet de werknemer beschikbaar blijven om de maatregelen te volgen, tenzij hij of zij een nieuwe beroepsactiviteit heeft gevonden. 

Een werknemer heeft het recht om maatregelen te volgen ter waarde van maximaal 1.800 euro. Dat bedrag is onafhankelijk van het loon en de patronale bijdragen en wordt jaarlijks geïndexeerd. Op die manier worden werknemers die minder verdienen niet benadeeld. 

Aanvraagprocedure en terugbetaling: hoe werkt het? 

Werknemers die van de maatregelen - en dus van het budget – willen gebruikmaken, moeten een aanvraag bij de RVA indienen. Wie het budget voorfinanciert, kan de terugbetaling aanvragen bij de RVA. Zowel de werkgever, werknemer of een professionele dienstverlener kan het budget voorfinancieren. Wanneer de voorwaarden zijn vervuld, wordt het voorgeschoten budget terugbetaald. 

De terugbetaling wordt gefinancierd door de werkgeversbijdragen op een deel van de opzegtermijn of -vergoeding. De RSZ int deze bijdragen en stort ze door aan de RVA. Voor jou als werkgever vorm dit geen enkele meerkost. 

Wat houden de maatregelen precies in? 

De maatregelen zijn er om medewerkers zo snel mogelijk aan een nieuwe baan te helpen of hen te ondersteunen bij het starten van een zelfstandige activiteit. Ze zijn dus eigenlijk een aanvulling op het outplacementaanbod 

Bij de inzetbaarheidsbevorderende maatregelen gaat het om elke interventie die:   

  • wordt verleend door een professionele dienstverlener;   
  • als doel heeft om de werknemer zo snel mogelijk aan een nieuwe baan bij een nieuwe werkgever te helpen;  
  • als doel heeft dat de werknemer een zelfstandige een beroepsactiviteit ontwikkelt.  

Voorbeelden van inzetbaarheidsbevorderende maatregelen zijn:    

  • bijkomende outplacementbegeleiding bovenop de wettelijk voorziene regeling (bovenop de algemene regeling en regeling 45+);   
  • een erkende opleiding of omscholing;   
  • loopbaancoaching of -begeleiding. 

Wie kan geen aanspraak maken op deze maatregelen? 

Werknemers die ontslagen worden in het kader van een herstructurering en werknemers die een transitietraject volgen, kunnen geen aanspraak maken op deze maatregelen. 

Vragen? 

Heb je hier vragen over? Aarzel dan niet om ons te contacteren