Zo ziet het overbruggingsrecht er in 2021 uit
Bij de start van de coronacrisis moest de overheid in allerijl een pakket steunmaatregelen voorzien. Omdat de crisis langer aansleept dan verwacht, werden de bestaande steunmaatregelen tegen het licht gehouden. Wie het moeilijk heeft door de coronacrisis, zal tot minstens 31 maart 2021 op steun kunnen blijven rekenen, maar wel onder andere voorwaarden.
In welke gevallen heb je recht op een crisis-overbruggingsuitkering in 2021?
Pijler 1: verlenging dubbel overbruggingsrecht bij verplichte sluiting
Tot 28 februari 2021 blijft de bestaande regeling voor zelfstandigen die hun zaak verplicht moeten sluiten en zelfstandigen afhankelijk van verplicht gesloten sectoren blijft gelden.
Wie verplicht is zijn zaak te sluiten, heeft nog altijd recht op een dubbele crisis-overbruggingsuitkering. Take-away, click & collect en het uitbaten van een nachtwinkel vormen geen probleem voor de dubbele uitkering.
Ook wie afhankelijk is van verplicht gesloten sectoren komt nog altijd in aanmerking voor een dubbele uitkering. Afhankelijke zelfstandigen mogen voor het behoud van de dubbele uitkering echter géén click & collect noch take-away doen. Doe je dat toch, of oefen je een, al dan niet beperkte, andere zelfstandige activiteit uit, dan heb je enkel recht op de uitkering in de tweede pijler (als je daarvoor in aanmerking komt).
De mogelijkheid bestaat dat deze regeling verlengd wordt tot 31 maart 2021, maar we wachten nog op een definitieve beslissing van de overheid hieromtrent.
Pijler 2: steun bij een ernstige omzetdaling, ook wanneer je zaak openblijft
Daarnaast – maar niet tegelijkertijd – kan je sinds 1 januari 2021 in de tweede pijler een uitkering ontvangen wanneer je door de coronacrisis een aanzienlijk deel van je inkomsten verliest. Daalde je omzet in de kalendermaand voorafgaand aan de maand waarvoor je steun vraagt met minstens 40% ten opzichte van diezelfde kalendermaand in 2019, dan heb je recht op een crisis-overbruggingsuitkering. Deze pijler vervangt de relance-uitkering die tot en met december 2020 van toepassing was.
Elke zelfstandige zal de steun bij een ernstige omzetdaling kunnen aanvragen. Ook wanneer je onderneming nooit verplicht gesloten was (ook niet in de eerste golf). Je hoeft ook niet afhankelijk te zijn van een verplicht gesloten sector. Denk bijvoorbeeld aan vrije beroepen zoals kinesisten of zelfstandigen actief in de dienstensector, die soms een groot deel van hun klanten zien wegvallen omdat ze geen risico willen lopen. Die zelfstandigen konden sinds september 2020 geen crisis-overbruggingsuitkering meer genieten, maar kunnen in 2021 dus opnieuw op steun rekenen.
Belangrijk om te weten is wel dat je als starter – in tegenstelling tot de steun onder de eerste pijler bij verplichte sluiting – niet zomaar recht hebt op deze tweede pijler bij een ernstige omzetdaling:
- Ben je langer dan 12 kwartalen zelfstandige? Dan moet je minstens 4 kwartalen in de periode vanaf kwartaal 2/2017 tot en met kwartaal 1/2021 daadwerkelijk hebben betaald.
- Ben je 12 kwartalen of minder zelfstandige? Dan moet je voor minstens 2 van deze kwartalen je wettelijke voorlopige sociale bijdrage betaald hebben.
Pijler 3: quarantaine of opvang van een kind
Wie zijn activiteiten voor minstens zeven opeenvolgende kalenderdagen volledig moet onderbreken omdat hij in quarantaine moet, heeft sinds januari 2021 recht op het crisis-overbruggingsrecht. Hetzelfde zal gelden wanneer je in dezelfde maand zeven dagen niet kan werken omdat je kind (jonger dan 18 jaar) niet naar een kinderdagverblijf of school kan, of omdat je zorgt voor een kind met een handicap dat door de coronamaatregelen niet bij de normale opvang of zorg terechtkan.
Opgelet, in dat geval ontvang je doorgaans geen volledige maanduitkering, maar wordt een weekuitkering toegekend voor elke periode van zeven dagen onderbreking.