Sociale verkiezingen 2024: vergeet uitzendkrachten niet mee te tellen

Om te bepalen of je sociale verkiezingen moet organiseren in je onderneming, moet je rekening houden met het gemiddelde personeelsbestand tijdens de referteperiode van 1 oktober 2022 tot en met 30 september 2023. Maar belangrijk: je bent verplicht om ook de uitzendkrachten mee te tellen.

3 minuten leestijd Personeelsbeleid 27 februari 2023

Uitzendkrachten meetellen 

Stelt je onderneming gemiddeld minstens 50 werknemers tewerk? Dan moet je sociale verkiezingen organiseren. Bij het tellen van je medewerkers, moet je ook rekening houden met uitzendkrachten.  De uitzendkrachten die je in je onderneming tewerkstelt, tellen mee tijdens één kwartaal.

Concreet moeten enkel uitzendkrachten die je in het tweede kwartaal van 2023 tewerkstelt (1 april tot en met 30 juni) meegeteld worden, tenzij het uitzendkrachten betreft die vaste werknemers tijdelijk vervangen, zoals bijvoorbeeld bij tijdskrediet, arbeidsongeschiktheid, enzovoort.

Papieren register

Om deze berekening mogelijk te maken, moet je als werkgever een bijlage bij het personeelsregister voegen. In dit document moet je alle uitzendkrachten vermelden die je tijdens het tweede kwartaal van 2023 tewerkstelt. Deze bijlage moet je tot 5 jaar na de laatste verplichte inschrijving bijhouden. 

Voeg je de bijlage niet bij het personeelsregister? Dan riskeer je een administratieve geldboete tot 2.000 euro en een strafrechtelijke boete tot 4.000 euro, telkens vermenigvuldigd met het aantal betrokken werknemers. Deze verplichting geldt trouwens voor elke werkgever die uitzendkrachten tewerkstelt, ook wanneer de drempel van 50 werknemers niet wordt bereikt.

Er is een uitzondering voor ondernemingen die een ondernemingsraad hebben. Wanneer de ondernemingsraad unaniem bevestigt dat de drempel van 100 medewerkers werd overschreden, dan wordt de onderneming vrijgesteld van deze verplichting. Dat unaniem akkoord moet voor 1 april 2023 bereikt worden en moet in de notulen van de vergadering van de ondernemingsraad staan.

Concrete optelsom  

Het gemiddelde van de uitzendkrachten bereken je door het totaal aantal kalenderdagen waarin elke uitzendkracht in de loop van het tweede kwartaal 2023 was ingeschreven, te delen door 91. 

Wanneer het uurrooster van de uitzendkracht minder dan 75% bedraagt van een voltijds uurrooster, moet je het totaal van de kalenderdagen waarin hij in de bovenvermelde bijlage was ingeschreven, delen door 182 (91 x 2). 

Let wel: uitzendkrachten die een vaste werknemer vervangen van wie de arbeidsovereenkomst geschorst is, hoef je niet mee te tellen.  

Uitzendkracht vs gewone werknemer 

Een gewone werknemer of student zal tijdens het tweede kwartaal minder zwaar doorwegen in de telling dan een uitzendkracht. 

Voorbeeld

Een uitzendkracht die je tijdens het tweede kwartaal van 2023 gedurende 60 kalenderdagen tewerkstelt, telt mee voor 0,6593 (60/91) eenheden. Werf je voor diezelfde periode rechtstreeks een student of werknemer aan, dan telt deze werknemer slechts voor 0,1643 eenheden mee (60/365).

Modeldocument

Benieuwd naar de precieze verplichtingen van de bijlage waarin je het aantal uitzendkrachten moet bijhouden? Of krijg je graag een modeldocument waar je meteen mee aan de slag kan? Neem dan zeker contact op met Liantis sociaal secretariaat. We helpen je graag verder!