Op welk pensioen heb ik recht als zelfstandige?

Tijdens je loopbaan als zelfstandige bouw je een wettelijk pensioen op via de sociale bijdragen die je aan je sociaal verzekeringsfonds betaalt. Na je beroepsloopbaan kun je rekenen op een maandelijks pensioenbedrag. Het rustpensioen is wellicht het meest gekende, maar er bestaan ook andere vormen van pensioen.

Soorten pensioen

Er zijn verschillende soorten pensioen:

  • het wettelijk rustpensioen dat in bepaalde gevallen vervroegd opgenomen kan worden;
  • het overlevingspensioen;
  • de overgangsuitkering:
  • het pensioen bij echtscheiding.

Wettelijk rustpensioen

Vanaf 2025 is de wettelijke pensioenleeftijd niet langer 65, maar 66 jaar. Vanaf 2030 stijgt de pensioenleeftijd dan weer naar 67 jaar. De regering Michel I legde dit al vast in 2015.  

De wettelijke pensioenleeftijd hangt af van je geboortedatum: 

  • 65 jaar als je geboren bent vóór 1 januari 1960  
  • 66 jaar als je geboren bent tussen 1 januari 1960 en 31 december 1963 
  • 67 jaar als je geboren bent vanaf 1 januari 1964   

Ga je op pensioen en blijf je verder werken als zelfstandige? Dan mag je vanaf 1 januari van het jaar waarin je de wettelijke pensioenleeftijd bereikt, onbeperkt bijverdienen. Afhankelijk van je geboortedatum is dat dus vanaf 1 januari van het jaar waarin je 65, 66 of 67 jaar wordt. Hier vind je meer informatie over je inkomsten als zelfstandige na je pensioen.  

De ingangsdatum van je rustpensioen valt op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin je de wettelijke pensioenleeftijd hebt bereikt. Je kan deze datum ook raadplegen op mypension.be

Vervroegd pensioen zelfstandige

Om als zelfstandige met pensioen te kunnen gaan vóór je wettelijke pensioenleeftijd, moet je voldoende jaren gewerkt hebben (loopbaanjaren). Vervroegd met pensioen gaan, kan

  • vanaf de leeftijd van 60 jaar als je 44 loopbaanjaren kan aantonen;
  • vanaf de leeftijd van 61 jaar als je 43 loopbaanjaren kan aantonen;
  • vanaf de leeftijd van 63 jaar als je 42 loopbaanjaren kan aantonen.

Jaren waarin je werkte als werknemer, ambtenaar of prestaties leverde in het buitenland komen onder bepaalde voorwaarden ook in aanmerking voor deze berekening.

Opgelet!

  • Gelijkgestelde studiejaren tellen niet mee als loopbaanjaren en hebben enkel een impact op de hoogte van je pensioenbedrag.
  • Vroeg je tijdens je loopbaan als zelfstandige een vrijstelling aan voor je sociale bijdragen? Dan bouw je voor de vrijgestelde kwartalen in kwestie geen pensioenrechten op. Dit heeft niet alleen een impact op je pensioenbedrag, maar kan ook het aantal loopbaanjaren beïnvloeden.

Overlevingspensioen

Wie zijn partner verliest, kan rekenen op steun in de vorm van een overlevingspensioen, ook wel “weduwe- of weduwnaarspensioen” genoemd. Het bedrag dat je ontvangt, hangt af van de loopbaan van de overleden partner.

Om in aanmerking te komen voor het overlevingspensioen, moet je voldoen aan een leeftijdsvoorwaarde. In 2025 is de minimumleeftijd om recht te hebben op een volwaardig overlevingspensioen 50 jaar.

Daarnaast moet je minstens één jaar gehuwd geweest zijn op het moment van overlijden. Kom je niet aan één jaar? Dan mag je ook de periode van wettelijke samenwoonst die voorafging aan het huwelijk meetellen. De lengte van je huwelijk speelt geen rol als je samen kinderen had, of als het overlijden het gevolg is van een ongeval of beroepsziekte die zich voordeed na het huwelijk.

Overgangsuitkering

Wie niet aan de leeftijdsvoorwaarde voldoet op het moment waarop zijn partner overlijdt, heeft geen recht op een overlevingspensioen. Er is dan wel recht op een overgangsuitkering (het bedrag is afhankelijk van de loopbaan van de overleden partner). Je hebt maximaal 18 maanden recht op deze uitkering. Als je kinderen ten laste hebt, wordt die periode verlengd tot 36 maanden als je kinderen 13 jaar of ouder zijn en tot 48 maanden als je kinderen jonger zijn dan 13 jaar.

Pensioen bij echtscheiding

Ben je uit de echt gescheiden en niet hertrouwd, dan kan je een pensioen ontvangen op basis van de loopbaan van je ex-echtgenoot tijdens de duur van het huwelijk. Het echtscheidingspensioen is altijd een proportioneel pensioen, er kan geen minimumpensioen toegekend worden.

Ben je niet officieel gescheiden, maar woon je niet langer op hetzelfde adres als je echtgenoot? Dan heb je recht op de helft van het gezinspensioen, als je zelf geen pensioen geniet. Geniet je een eigen pensioen dat minder dan de helft bedraagt van het gezinspensioen van je echtgenoot, dan wordt het verschil bijgepast.

Overtuigd?

Met het Sociaal Vrij Aanvullend Pensioen via Liantis spaar je voor later, maar pluk je nu al de vruchten.

Ontdek er alles over