Maximumbedrag nettobestaansmiddelen tijdelijk verhoogd

Kinderen zijn fiscaal ten laste van de ouders als ze een aantal voorwaarden vervullen. Zo moeten ze onder meer op 1 januari van het aanslagjaar deel uitmaken van het gezin en mogen de nettobestaansmiddelen van het kind niet meer bedragen dan een bepaald bedrag. Dat maximumbedrag wordt nu tijdelijk verhoogd.

3 minuten leestijd Personeelsbeleid 01 februari 2024

Jaarlijkse maximumbedragen

De fiscus publiceert jaarlijks de maximumbedragen van de nettobestaansmiddelen. Tot en met aanslagjaar 2023 werd er een onderscheid gemaakt tussen de algemene regel, de kinderen die ten laste zijn van een ouder die alleen wordt belast en de gehandicapte kinderen die ten laste zijn van een ouder die alleen wordt belast. 

Voor de aanslagjaren 2024 en 2025 geldt enkel het hoogste maximumbedrag, dit is het bedrag dat tot en met aanslagjaar 2023 gold voor gehandicapte kinderen die ten laste zijn van een ouder die alleen wordt belast. 

Maximumbedrag nettobestaansmiddelen studenten 

Deze tijdelijke verhoging houdt rekening met de verhoging van het aantal uren dat een student onder solidariteitsbijdrage mag presteren. Voor de inkomstenjaren 2023 en 2024 is het aantal uren dat studenten onder solidariteitsbijdrage mogen presteren, verhoogd van 475 uren naar 600 uren. Studenten die de volle 600 uren benutten, kwamen al heel snel boven het maximumbedrag van de nettobestaansmiddelen, waardoor ze niet meer fiscaal ten laste konden zijn. Door de verhoging van het maximumbedrag wordt dit euvel verholpen.

Welke bedragen gelden er? 

Enkel de hierna vermelde netto-belastbare bedragen zijn officieel, de rest is het resultaat van eigen berekeningen.  

De bestaande verhogingen van 3.820 euro bruto-belastbaar voor de student met alimentatiegeld, en van 3.190 euro bruto-belastbaar voor de student met een studentenovereenkomt blijven bestaan.  

Voor aanslagjaar 2024 zijn de volgende grenzen van toepassing op de inkomsten van 2023.

De student die tewerkgesteld werd met een studentenovereenkomst, blijft ten laste van zijn/haar ouders als zijn/haar loon in 2023 niet meer bedraagt dan:  

  • 13.749,57 euro als bediende 

  • 13.916,96 euro als arbeider 
     
    Enkel als het loon van de student onderworpen is aan gewone RSZ-bijdragen. 
     

  • 12.285,44 euro  
     
    Enkel als het loon van de student onderworpen is aan de solidariteitsbijdrage. 
     

  • 11.952,50 euro  
     
    Enkel als het loon van de student vrij is van zowel gewone RSZ-bijdragen als van solidariteitsbijdragen.  
     

  • 9.562,00 euro (netto-belastbaar) 


Wordt diezelfde student niet tewerkgesteld met een studentenovereenkomst, dan blijft de student ten laste van zijn/haar ouders als zijn/haar loon in 2023 niet meer bedraagt dan: 

  • 10.079,95 euro als bediende 

  • 10.202,67 euro als arbeider 
     
    Enkel als het loon van de student onderworpen is aan gewone RSZ-bijdragen. 

  • 8762,50 euro 
     
    Enkel als het loon van de student vrij is van zowel gewone RSZ-bijdragen als van solidariteitsbijdragen. 

  • 7010,00 euro (netto-belastbaar) 

Voor het aanslagjaar 2025 worden deze bedragen geïndexeerd. 

Vragen?

Heb je hier vragen over? Aarzel dan niet om ons te contacteren